vrijdag 27 december 2013

los ingeslagen 151

20 oktober 2013



Het is iets vreemds: die onheilstijdingen over Fukushima passen in geen enkel schema. Wij kunnen een dergelijk scenario niet voor waar aannemen want het valt buiten de categorieën van tijd die wij hanteren. In ons tijdsbegrip is de mogelijkheid van een nabij einde niet relevant. We hebben geen toets voor ‘alles stopt’ op ons klavier. Het definitieve einde van alles en iedereen is onbevattelijk.

Op de duur begin je zelfs te twijfelen aan de echtheid van de beelden van ontploffende koeltorens die je toch hebt gezien. Maar wanneer? En waar? Is het wel zo? Zijn er wel koeltorens ontploft? Is er wel een kerncentrale vernield daar in Japan? Aardbeving? Tsunami? Deze feiten, en vooral de mogelijke gevolgen, gaan ons bevattingsvermogen te boven. Dat het leven op aarde binnen pakweg een maand of zo definitief zou uitdoven doordat al die staven van ik-weet-niet-meer-welke-substantie hun radioactiviteit vrijuit het luchtruim kunnen insturen als het gebouw waarin ze nu zijn opgeslagen (of op ruïneuze wijze kriskras door elkaar liggen) zou instorten of worden vernield door een nieuwe aardbeving… Dat is een niet te bevatten, onmenselijk perspectief.

Zou bij de mensen die zich hierover informeren – zonder enige twijfel een zeer kleine minderheid van de wereldbevolking – nu hetzelfde gevoel heersen als toen de Koude Oorlog ten tijde van de Cubacrisis zijn hoogte- (of diepte)punt bereikte, en de wereld ook werd opgezadeld met het schrikbeeld van een vernietiging van alle leven, met een Apocalyps? Ik weet het niet.

Het beangstigt mij dat het nu opvallend stil blijft, terwijl er toen – meen ik te weten – toch veel werd geschreven over het perspectief van een allesverwoestende atoomoorlog. Hoe zou dat komen? Tijdens de Koude Oorlog paste de berichtgeving in een strijd tussen Oost en West. Nu valt er geen propagandistisch ideologisch voordeel te behalen. Vandaag is Fukushima het symbool van het falen van een totáálsysteem, dat al lang geen tegenstem meer duldt en dat in staat is om, wanneer het fout loopt, een scherm van stilte neer te laten. In dat opzicht had de inmiddels door velen verguisde auteur van Het einde van de geschiedenis en de laatste mens misschien toch gelijk. Hoe heette hij ook alweer? Juist ja, Francis Fukuyama.