woensdag 6 mei 2015

& 11



RONDJES

Ik fiets graag rondjes in een mooi en bedreigd landschap. Dit is waaraan ik ondertussen denk: het polderlandschap tussen Brugge en Damme, met zijn eeuwenoude getuigenissen van waterbeheersingswerken, wordt door de Unesco beschermd. Dat las ik.

Prachtig zou dat zijn! Ik zie al de Zeebrugse havenheren hun snode plannen opbergen om allerlei toegangswegen door dit groene zonetje te trekken. Een autoweg uiteraard, en een duwvaartkanaal, als het eventjes kan met een spoorweg. Plannen die als een onweerswolk boven het gebied hangen. Onlangs fietste ik mijn rondje: van Brugge naar Damme, verder naar Oostkerke en Hoeke, en dan terug langs de andere kant van de Damse Vaart. Al die tijd hing er een regenwolk, die ik nauwlettend in het oog hield.

Er was veel moois te zien: een duikende fuut, een koppel stoeiende kauwen, parmantig over een omgeploegde akker huppelende kraaien, twee overvliegende zwanen voorwaar, een jagende buizerd en nog wat grut links en rechts. Het kan nog zo slecht niet gaan. Allemaal dieren zegt u? Inderdaad: op mijn fiets heb ik soms last van misantropie. Drijfmest uitvoerende landbouwers of lui die met een hogedrukreiniger hun stoep ontmossen, trekken mij niet zo aan.

Ik fiets graag rondjes – elk mooi landschap is bedreigd.

Verschenen in De Standaard van 6 mei 1995